zondag 12 juli 2015

Pleisterwerken

Afgelopen maandag werd de laatste hand aan de natuurlijke gipspleister gelegd. Nu is dus de helft van ons huisje bepleisterd. De andere helft krijgt een leempleister en de badkamer een traskalkpleister.
"Waarom willen die nu in godsnaam 3 soorten pleister gebruiken?", hoor ik je nu denken. Wel, hieronder leg ik dat uit.

Een constante in de verschillende materialen: zo ecologisch mogelijk, zowel qua ontginning/productieproces als van materialen.

Natuurlijke gips wordt ontgonnen voornamelijk in het bekken van Parijs. Om het als pleister te kunnen gebruiken wordt het gips eerst tot 150°C verwarmd en vermengd met 3 tot 7% toevoegstoffen die voor een betere verwerking en bewaring zorgen. Nadeel is dat het wat moeilijker te verwerken is als de traditioneel gebruikte gipssoorten en dat het landschap aangetast wordt bij de winning er van.
In conventionele bouw wordt voornamelijk fosfo-gips gebruikt. Dat is eigenlijk een afvalstof uit de kunstmeststofindustrie. Op het eerste zicht lijkt dat een zeer goede recuperatie van afval maar fosfo-gips zou zeer veel van het radioactieve radon langzaamaan maar permanent uitstoten en dit gedurende tientallen jaren. Verder bevatten de meeste industriƫle gipspleister veel meer toevoegstoffen zoals lijmen, droogvertragers, luchtbelvormers, waterweerhouders en fungiciden.

Leem is ongebakken aarde die in verschillende groeves in Europa ontgonnen wordt. Het is een mengeling van zand, klei en stro en/of vlasvezels. Er wordt geen enkele chemische stof aan toegevoegd.
Leem heeft als belangrijkste eigenschap de vochtregulerende werking. Aangezien het dampdoorlatend is, kan het vocht van de binnenruimte opnemen en bufferen. Wanneer de binnenlucht droger wordt (in de wintermaanden), geeft de leem het vocht geleidelijk weer af. Dit zorgt voor een continue luchtvochtigheidsgraad. Naast die vochtregulatie, doet leem hetzelfde met warmte. En herinner je je onze zeer grote muurradiatoren? De leem maakt die dus nog wat efficiƫnter. Leem isoleert ook nog eens akoestisch. En dat is in ons gezin mooi meegenomen. ;-)
Het nadeel van leem is dat het een zeer lange droogtijd heeft en dat het minder stootvast is. Vandaar onze keuze om in de gedeelten die vooral functioneel gebruikt worden (traphal, berging, enz.) een gipspleister te kiezen.

De traskalkpleister is een mengsel van fijngemalen vulkanisch gesteente uit de Eiffelstreek (trass en tufsteen) en kalk. Het wordt gebrand op 900°C.  Het ziet eruit als een cementpleister en heeft ook ongeveer dezelfde mechanische eigenschappen. Het heeft een hoog waterwerend vermogen en daarom gebruiken we dit pleister dan ook in de douche ipv de conventionele cementpleister. Die vraagt een grotere productie-energie. Bovendien is traskalkpleister ook vrij van schadelijke stoffen.

(met dank aan Vibe: http://www.vibe.be/downloads/1.Technische_documentatie/Bouwmaterialen%20en%20gezondheid/KF-binnenpleisters.pdf)

De eerste laag leem komt over een 3-tal weken. De afwerkingslaag is gepland voor september.

De houten binnenwanden worden niet bezet. Die worden afgewerkt met fermacellplaten en daarna licht opgevoegd.

To be continued...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten